Ochtendwandeling door een koningsstad

Ik zit op een stenen trap tegenover de Ghaneshtempel op Durbarsquare in Bhaktatur (2de koningsstad in het Kathmanduvalley, ca. 10 km ten noorden van Kathmandu). Ik heb net een lekkere king’s yoghurt gegeten in Laxmi Guesthouse waar ik afgelopen nacht heb geslapen, om de dagtoeristen wat te ontwijken. Ik wilde vanochtend vroeg wakker worden om het ontwakende stadje te beleven. Dat is prima gelukt! Het was nog volledig donker toen de geluiden van de bedrijfheid onder mijn raam me wakker maakten: geanimeerde gesprekken, roepende marktkooplui, lachende kinderstemmen en steeds weer glokkengeluiden van de tempel op de binnehof waar het guesthouse staat. De houten luiken van het buurhuis zijn nog gesloten. Niet iedereen is dus blijkbaar al voor het ochtendgloren op de been. Ik draai op m’n rug en luister naar de kakofonie buiten. Als de schemering plaats maakt voor het licht, sta ik op, kleed met vlug aan en spat wat koud water in mijn gezicht. Met de camera over mijn schouder en wat rupies op zak ga ik naar buiten. De bleke maan staat nog in de zuidelijke ochtendhemel. Vrouwen met offerschalen omronden de tempel, gooien met rijst, sprekelen water en leggen bloemen neer. Zij, net als ook redelijk wat mannen, zetten stippen van rood thikpoeder op hun voorhoofd bij wijze van zegening. Ook raken ze met hun voorhoofd de stennen godenbeelden en andere heilige plekken aan en rinkelel in het voorbijgaan met de glokken die aan de tempelramen hangen. Er rent een groep lachende meisjes in schooluniform tussen hen door, hun wippende staartjes met rode masjes afgebonden. Ik volg een tijde het intieme gebeuren op deze kleine binnenplaats. Door een laag poortje verlaat ik vervolgens het pleintje en kom direct op de ruime ....square terecht. Ik neem de brede straat tussen de twee grote tempels door naar rechts. Even verderop kom ik langs een drukke teashop waar ik een ‘dhut-tja’ (milktea) bestel, die ik op het houten bankje op de stoep opdrink. Van hieruit kan ik het hele straatgebeuren goed volgen. Pas na een tijdje bemerk ik het jonge hondje dat gisteren aan een van de straatkids leek toe te behoren. Nu zit het beestje bibberend van de ochtendkou voor de teashop en van het ventje is niets te zien. Een van de mannen naast me neemt het honje op z’n schoot om hem wat brood te voeren. De kleine lust het echter niet. Als hij op de stoep wordt terug gezet, piept hij even en trekt zijn gebroken voorpootje op. ‘Hij is van de tempeltrap gevallen’, legde me het straatjochie gisteren uit. Ik had hem toen 20 roepie gegeven, 10 voor hemzelf en 10 om melk te kopen voor het hondje (daar had het slimme keerltje om gevraagd!) Ik vermoed, dat daar niets van terecht is gekomen. Nu moet de kleine vierbener in ieder geval voor zichzelf zorgen. Hoe zou de jongen ook moeten zorgen voor zijn vierbenige vriend als hij al niet voor zichzelf kan zorgen! Hij slaapt achter een van de grote houten wielen die tegen de tempeltrapo aan leunen en heeft waarschijnlijk niet meer dan wat hij op zijn magere lijf draagt. Ik bestel een kop melk en voer het hondje ermee. Het duurt even tot hij het door heeft, maar dan leppelt hij het hele kopje enthousiast op om vervolgens dicht tegen me aan te kruipen. Ik til hem op, zet ‘m op mijn schoot en leg mijn warme handen op zijn kleine lijf. Al gauw houdt het bibberen op en slaapt hij tevreden in. Ik bestel nog een kop thee om de bezetting van het houten bankje te rechtvaardigen. Op dat moment passeren 2 viese straatkinderen, gekleed in lompen en met plasticzakken over hun schouders en een metalen stokje in de hand om ermee in de afvalbergen te stocheren. Ze kijken vertederd naar het hondje op mijn schoot. Mij bekruipt een raar gevoel ... maar als ik bedenk om ook voor hen een warme kop thee te bestellen, hebben ze zich al omgedraaid en zijn doorgelopen. Met wat weemoed zet ik het hondje uiteindelijk terug op de koude, stenen stoep en ga verder. Langs de weg zitten groenten- en fruitverkopers hun waar aan te bieden. Steeds weer kom ik mannen tegen met bamboojochs over hun schouders met aan weerskanten torens van 7-8 aardewerke schalen met kings-yoghurt gevuld, een specialiteit van Bhaktapur. Op gegeven moment dringen de klanken van bellen, drums en mannengezang uit een steegje. Ik volg het geluid en kom bij een van de vele ‘vergaderverandas’ naast een kleine tempel. Net als gisteren avond bij mijn guesthouse in de buurt, zitten ook hier een grote groep oudere mannen bijeen die zingend bidden, begeleid door grote trommels en metalen cinellen. Ze zitten in kleermakerszit op gevlochten rijstmatten. Uit een metalen pot in hun midden likken flammen en er staat een grote ketel met thee klaar. Zij zingen in het Newari, een van de 10-tallen talen die Nepal rijk is. Ik zit tegenover op de gladde steen van een leeuw en luister naar de mooie muziek. Wat een prachtig, vredig beeld! Opeens merk ik op dat een grote aardewerke pijp wordt rondgereikt, waaraan de oudjes een voor een krachtig lurken om vervolgens een dikke rookwolk uit te blazen. Geen hashish deze keer, maar lokale tabak. Als ze uiteindelijk hun ochtendgebed/-konzert beeindigen en opstaan, ga ook ik verder. In een boog loop ik naar Durbar Square. Overal kom ik offerende mensen tegen. Bij een van de heiligenbeeldjes zie ik een klein meisje van een jaar of drie, gekleed in een traditioneel, asymetrisch geknoopt jasje waaronder haar naakte, spekkige billetjes en beentje steken, om haar beide enkels draagt ze dikke silveren ringen. Ze steekt zich een oranje ringelbloempje in haar haar en haar moeder zet een rode stip op haar voorhoofd: de dag kan goed beginnen! Op Durbar Square staan verschillende tempels en pagoda’s. Een ervan heeft erotisch houtsnijwerk aan de streven die het onderste dak dragen. Een oudere heer maakt me daar met een ondeugend lachje op attent. Ik neem wat foto’s. Binnen is een Shiva heiligdom, gesymboliseerd door een grote, stenen lingam met 4 gezichten. Verder lijkt het eerder een sjamanistisch heiligdom: er hangen yakstaarten, kleine drums en bellen, er staat een metalen spiess en er staan en hangen allerlei kruiden, wierook etc. Het oude mannetje dat binnen zit, is geschokkeerd als ik een foto wil nemen en snel stop ik, exucuses mompelend, mijn camera weg. Ik loop terug naar ....square. Alle souvenir- en handwerkwinkels zijn nog gesloten. Zo vroeg in de ochtend ik Bhaktapur nog een gewoon, traditioneel Newari stadje. Terug in mijn guesthouse heb ik trek in een king’s yoghurt, waarvan ik zo velen heb langs zien komen op mijn ochtendwandeling! Hm, heerlijk! ...... ik had alleen de Kathmandu Post (krant) niet moeten open slaan: 2,6 miljoen Nepali hebben nog nauwelijks voldoende te eten door de enorme prijsstijgingen van basis levensmiddelen als rijst, olie en groenten (30% in weinige maanden). En het zullen er alleen maar meer worden de komende maanden! ..... eigenlijk smaakt mijn yoghurt niet zo heel erg, het is van buffelmilk gemaakt en heeft een aparte bijsmaak, valt me opeens op .... ik lepel het op, drink mijn thee en ga mijn spullen pakken.